René Coppens: “Nederlands leren kan ook in de cinema”
De Belgische filmindustrie draait op volle toeren. Er verschijnen jaar na jaar meer films en de kwaliteit ervan wordt steeds beter. Onze films lokken veel volk naar de zalen en ook op gerenommeerde filmfestivals in binnen- en buitenland kapen we belangrijke filmprijzen weg. Ook de Brusselse filmwereld staat op de kaart. Denk bijvoorbeeld aan het internationale succes van regisseurs Adil El Arbi en Bilal Falah.
Hoewel filmbeleid
op cultureel vlak eigenlijk een bevoegdheid is van de Vlaamse Gemeenschap, kan
ook de VGC hier een belangrijke rol in spelen. Zo heb ik in de Raad van de
Vlaamse Gemeenschapscommissie het bevoegde Collegelid gevraagd om Vlaamse en
Nederlandstalige films beter bekend te maken bij anderstalige Brusselaars. Denk
maar aan vertoningen in Franstalige culturele centra of bibliotheken en het organiseren
van tweetalige filmfestivals. Mogelijkheden te over. De promotie van Vlaamse en
Nederlandstalige films bij een anderstalig publiek past immers perfect in het
beleid van de VGC dat gericht is op culturele uitwisseling en een bredere
verspreiding van het Nederlands.