Nieuws

De wet geeft ons de tools, pas ze ook toe




Brussel | Allerlei voorstellen worden op tafel gelegd voor de activering van werkzoekenden. Van stopzetten van de werkloosheidsuitkering in de tijd, over basisbanen tot gewoon niets veranderen. Deze discussie is er een die open zou gevoerd moeten worden. “We mogen de reeds bestaande mogelijkheden binnen de wet inzake sanctionering niet uit het oog verliezen” zegt Khadija Zamouri, Brussels parlementslid voor Open VLD.

Daarom bevroeg Khadija de Brusselse minister voor tewerkstelling, Bernard Clerfayt, over de controle van de arbeidsbeschikbaarheid van werkzoekenden. De wetgeving inzake activering legt de prioriteit op werk. Tewerkstelling geniet de duidelijke voorkeur en een job biedt veel voordelen. Het zou ook steeds interessanter moeten zijn als werkzoekende te blijven.

Sinds de 6e staatshervorming ligt de beslissings- en uitvoeringsbevoegdheid om de actieve en passieve beschikbaarheid van de werkzoekenden te controleren en sanctioneren bij het Gewest. We hebben de tools en de opdracht, toch horen we verhalen van mensen die al lange tijd werkzoekende zijn met minimale opvolging. Bij onze bedrijfsbezoeken wordt er steeds gewezen op hun personeelstekort, wat sterk contrasteert met het hoge aantal werkzoekenden. We willen tewerkstellen, KMO’s in de stad houden, maar ze moeten hun personeel tot ver buiten Brussel zoeken.

Werknemers begrijpen het ook niet: op het einde van de maand houden ze amper meer over dan iemand die niet werkt. Ons systeem moet mensen tegen tegenslag beschermen, maar vandaag ontstaat in hoofden van velen dat werken niet loont. Werkzoekenden die niet arbeidsbeschikbaar zijn (niet actief naar werk zoeken, geen opleiding volgen, …) moeten dan ook gesanctioneerd worden, op een intelligente manier. “De wet bevat een gezond compromis, maar dan moet de controle er ook zijn. We zien bijvoorbeeld dat sommige OCMW’s slim omgaan met de maximumtermijn. Ze kiezen niet om een heel maand leefloon in te houden bijvoorbeeld, maar om de helft in te houden.” duidt Khadija Zamouri. Dat geeft een duidelijk signaal naar de persoon, zonder zijn leven en zekerheid volledig teniet te doen.

Onderzoek toont steevast aan dat het niet zozeer de zwaarte van de straf is die speelt, maar wel de controle en pakkans. Daar moeten we dan ook op inzetten, naast blijven inzetten op opleiding. Het heeft weinig zin om mensen de dieperik in te duwen. Daar zijn zij niet mee gebaat, en de maatschappij ook niet. Tegelijkertijd is het nefast om hen niet te helpen, om de huidige situatie gewoon verder te zetten. Goede begeleiding, opleiding en stimuleren zijn cruciaal. De controle op de arbeidsbeschikbaarheid, opvolging en het toepassen van sancties hoort daar ook bij en moet consequent plaatsvinden.