Nieuws

Meertaligheid, investeringen en de arbeidsmarkt tijdens de VGC beleidsverklaring




Beleidsverklaring VGC 20-09-2023| Khadija Zamouri: "Bij het lezen van de beleidsverklaring heb ik zoals steeds een goed gevoel, omdat ondanks de vele uitdagingen, de VGC, het N-netwerk, elk jaar meer complexloos de verankering met onze stad uitstraalt. Het wordt een herkenningspunt, ook voor de anderstaligen in de stad. De nadruk leggen op het Nederlands is belangrijk. Met mijn collega’s van open Vld dienden we vorige legislatuur het voorstel in om VGC te veranderen in NGC om beter aan te sluiten bij die nieuwe realiteit. Maar soit, terminologie is inderdaad niet de essentie. Wel het beleid. 

Ik wil even stilstaan bij twee punten in deze verklaring. Enerzijds, het Nederlands in de meertalige stad waar we aan meewerken. Anderzijds, de krapte op de arbeidsmarkt.

Nederlands in meertalig Brussel

1.  We hebben het afgelopen jaar in het Brussels Parlement en de VVGGC met regelmaat kunnen debatteren over resoluties van collega Gilles Verstraeten over de taalwetgeving. Het waren soms moeilijke discussies, Gilles. Wij herhaalden dat we in principe akkoord waren met het bindend karakter van de taalwetgeving, maar dat de realiteit in de stad danig veranderd is. En dus benadrukten we wat we positief hadden gerealiseerd voor onze taal in onze stad. Gilles bleef wijzen op de afdwingbaarheid van de taalwetgeving, al sloop er in zijn laatste tekst ook al een bereidheid tot pragmatisme. 

Wel, hoofdstuk drie in deze beleidsverklaring is ons antwoord.  “We bouwen mee aan een meertalig Brussel” staat er. Dit is het zoete taalflamingantisme dat wij al jaren promoten als antwoord op de taaluitdagingen in onze stad. We boosten het Nederlandstalig onderwijs. We hebben dit jaren volgehouden, de capaciteit van ons onderwijs spectaculair doen stijgen tegen de daling van het aantal Brusselaars met als thuistaal Nederlands in. De gegevens, studies van Brio, de taalbarometer zijn daar zeer duidelijk over. De taalbarometer is by the way een fantastisch instrument voor ons taalbeleid. Het effect van ons onderwijs reikt tot ver in de rand rond Brussel. Wie afstudeert uit ons Nederlandstalig onderwijs in Brussel is vaak goed meertalig, gegeerd op de arbeidsmarkt tot ver buiten Brussel. Brusselaars die vandaag in de rand gaan wonen, als ze uit ons onderwijs komen, spreken al Nederlands.   

Ik zie dat we die steun alsmaar verfijnen en uitbreiden. Bijvoorbeeld de taalondersteuning aan graduaatstudenten in lerarenopleiding, de taalboost voor kinderen met een andere thuistaal. De lessen van Brusselleer voor de ouders, … Voorbeelden genoeg. Ik herhaal het, dit is zoet taalflamingantisme in de praktijk.  Nederlands is hier de sleutel naar meertaligheid.  

Een moeilijk thema, ondanks de vele positieve evoluties, blijft de kennis van het Nederlands in de zorg. Als je hulpbehoevend bent is het belangrijk dat je je in je taal kan uitdrukken. Dat is lang niet evident in Brussel. Ik denk dat er hier geen mirakeloplossing is, maar zoals de beleidsverklaring ook aangeeft, zal hier meer en meer maatwerk en maatondersteuning moeten komen. Er is nog veel werk in Brussel om eerstelijnszorg beter bekend te maken, beter bereikbaar. Maar het is ook belangrijk dat we daar blijven zoeken naar oplossingen op maat qua taal. Technologie kan daar inderdaad bij helpen. Goede afspraken met zorginstellingen en ziekenhuizen ook. 

Tekorten op de arbeidsmarkt

2.    Tweede aspect dat me opviel bij het lezen van de beleidsverklaring is hoe de tekorten op de arbeidsmarkt ook de VGC impacteren. Of het nu in de zorg is of in het onderwijs, we vinden niet meer het geschikt personeel om in Brussel te komen werken, zo lijkt het. Als je dagelijks de pers leest merk je dat die tekorten voor heel België gelden, vooral in de steden. En in de buitenlandse pers lees ik exact dezelfde verhalen over andere landen.

Het tekort aan leerkrachten en zorgpersoneel is algemeen. Het kenniscentrum Welzijn, Wonen, Zorg heeft inderdaad goede projecten om zorgpersoneel aan te trekken. Zoals hun initiatief rond HR-beleid dat de uitwisseling tussen ‘profit’ en ‘social profit’ mogelijk maakt. Op onderwijsvlak zijn er zeer veel initiatieven ontwikkeld om leerkrachten aan te trekken, onder andere zij-instromers. Maar een groot deel van het verhaal overstijgt de VGC. Het is de arbeidsmarkt nationaal en internationaal die verandert. En werken in de grootstad wordt financieel niet beloond. Integendeel. Ook worden ervaren leerkrachten die in Brussel een enorme ervaring hebben opgebouwd op vlak van meertaligheid, diversiteit, projectwerking en Brede School, actief gerekruteerd door scholen buiten Brussel, om evidente redenen. De Vrijdaggroep, een denktank, pleitte vanuit GOK-perspectief voor, en ik citeer hun slogan: “De sterkste leerkrachten in de moeilijkste scholen”.

Je kan je inderdaad vragen stellen bij de huidige verdeling. Je kan mensen niet verplichten waar ze moeten werken, maar je kan wel de lonen koppelen aan de grootste maatschappelijke noden en uitdagingen. In scholen waar de achtergronden en kansen van leerlingen sterk kunnen verschillen, moeten leerkrachten goed ondersteund voor de klas kunnen staan. Leerkrachten met veel ervaring geven verhoudingsgewijs meer les in scholen met sterkere leerlingen. Sterkere leerlingen krijgen zo indirect een grotere brok van het onderwijsbudget. Ook lesgeven in de stad, voor onze ketjes, moet aantrekkelijk blijven. Het loon is daarbij zeker niet het enige criterium, maar het is volgens mij toch een debat waard. Een debat over loondifferentiatie in onderwijs, maar ook in de zorg, om deze beroepen in onze stad aantrekkelijker te maken.

Dat waren de twee aandachtpunten die ik wou aanhalen. Uiteraard waren er nog punten die aandacht verdienen. Vooral de intentie om nieuwe duale richtingen te promoten en uit te rollen trok mijn aandacht. Ik ben ervan overtuigd dat we de strijd tegen schoolmoeheid en schooluitval ook via deze weg kunnen opvoeren. Schoolmoe is niet hetzelfde als leermoe, Als we samen met werkgevers, sectorfederaties, nieuwe richtingen in duaal leren kunnen ontwikkelen kunnen we reuzenstappen zetten. Misschien ook samen met de Franstaligen. Duaal leren heeft nog zeer veel groeimogelijkheden. 

Vragen aan het college

Zoals aangehaald, werkt de VGC permanent aan een aantal grote bouwwerken. De capaciteitsuitbreiding van het Nederlandstalig onderwijs in Brussel stoomt vooruit. Vorig jaar werd Campus Pacheco geopend. We zijn blij dat de bouw van de grote Campus STREAM van de VGC, samen met het GO! en de gemeente Anderlecht, een vliegende start heeft kunnen nemen. Het is nog af te wachten waar de VGC kan landen met een nieuwe onderwijscampus in Elsene/Etterbeek. Er is natuurlijk ook de grote conversie van het GC Nekkersdal – kan het collegelid/collegevoorzitter meegeven hoever het staat met dit bouwproject?

Ook de kinderverblijven krijgen een financiële injectie. De impact daarvan is ook groot, en daarbij heb ik een vraag aan de collegevoorzitter: in welke van deze is er netto capaciteitsuitbreiding voorzien voor de Brusselse families?

En meer algemeen ben ik ook zeer tevreden met de nadruk die de beleidsverklaring op alle aspecten van Gelijke kansenonderwijs blijft leggen. Er is in de publieke opinie en media soms verkeerdelijk een gevoel ontstaan dat GOK de oorzaak is van een achteruitgang in het onderwijs. Gelijke kansen in onderwijs is nooit een achteruitgang!

Ik besluit: het zit goed met deze beleidsverklaring. Ze vertaalt de complexloze houding van Nederlandstaligen ten aanzien van onze stad anno 2023."