Nieuws

Khadija Zamouri in gesprek met voormalig minister Marleen Vanderpoorten, architecte van het GOK-decreet.




In 2002 werd door de toenmalige Minister van Onderwijs het GOK-decreet ingevoerd. Dit staat voor Gelijke OnderwijsKansen. Het decreet beoogde uitsluiting, sociale scheiding en discriminatie tegen te gaan en alle kinderen optimale leerkansen te bieden. Zo kon voortaan elke leerling zich inschrijven in een school naar keuze. Ook kwam er meer aandacht voor de rechten van de leerlingen en Lokale Overlegplatformen (LOP's) moesten helpen om de gelijke onderwijskansen van jongeren te realiseren. Ook konden scholen met veel leerlingen die voldeden aan bepaalde sociaal-economische criteria, voortaan rekenen op extra ondersteuning en werkingsmiddelen om hen beter te kunnen begeleiden. Vandaag staat het GOK-decreet onder druk. De dalende onderwijskwaliteit doet sommigen twijfelen aan gelijke onderwijskansen. Hoog tijd voor een gesprek met de architecte van het GOK-decreet, voormalig minister voor Open Vld Marleen Vanderpoorten.

 

Khadija Zamouri: 21 jaar geleden pakte u uit met het GOK-decreet. Daar zijn we nog steeds trots op. Het GOK-decreet zorgde voor een cultuuromslag. Hoe kijkt u terug op de invoering van het GOK-decreet, nu 21 jaar geleden?

 

Marleen Vanderpoorten: Het GOK-decreet is alleszins een van de belangrijkste verwezenlijkingen van tijdens mijn ministerschap. Het had de verdienste dat het versnipperde doelgroepenbeleid van mijn voorgangers gebundeld, gestroomlijnd en geïntensifieerd werd en er een decretale basis kwam voor ondersteuning van kansarme leerlingen. Tevens werd het lokaal overleg geïnstalleerd via het LOP en kwam er een inschrijvingsrecht voor alle leerlingen. De strijd die dit decreet teweegbracht met de katholieke koepel is uiteindelijk uitgemond in een gedragen decreet.

 

Khadija: Waarom was dit GOK-decreet voor ons, liberalen, zo cruciaal?

 

Marleen: Vanuit het liberale perspectief is het altijd belangrijk geweest dat alle leerlingen zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige burgers, die zelf kunnen beslissen en deelnemen aan het maatschappelijk leven. Onderwijs speelt in deze vorming een cruciale rol. Alle leerlingen moeten daarom gelijke kansen krijgen op een volwaardige schoolloopbaan.

 

khadija: Dankzij het decreet draaide het niet langer om de keuzes van de school, maar om die van de kinderen en hun ouders. Willen we een 'level-playing-field' als maatschappij dan zijn gelijke onderwijskansen daarvoor de absolute voorwaarde. Heeft het decreet ook werkelijk de gewenste verandering teweeggebracht?

 

Marleen: Het decreet heeft zeker belangrijke mentaliteitswijzigingen teweeggebracht en heeft meer kansen gegeven. Maar het is aan permanente evaluatie onderhevig, omdat de maatschappij ook voortdurend verandert. De problematieken met betrekking tot diversiteit en meertaligheid zijn groter geworden ten opzichte van 20 jaar geleden, maar zonder GOK zouden ze wellicht nog veel groter zijn.

 

khadija: Vlaams minister van onderwijs Ben Weyts zet met nieuwe minimumdoelen in op Nederlands en wiskunde. Daarnaast mag er nog enkel Nederlands gesproken worden op school, ook tijdens de speeltijd. Ook de vorig jaar ingevoerde feitelijke vermindering in voorrang voor GOK-leerlingen maakt duidelijk dat in het debat over de kwaliteit van ons onderwijs het GOK-decreet soms geviseerd wordt. Is dit terecht vindt u?

 

Marleen: Als het gaat over de kwaliteit van onderwijs denk ik inderdaad dat sommige politieke partijen het GOK-decreet als boosdoener zien. Maar het is niet GOK OF kwaliteit, het is GOK EN kwaliteit. Niets verhindert scholen vandaag om, naast hun aandacht voor gelijke kansen, ook gedifferentieerd te werken met leerlingen en iedere leerling op zijn/haar niveau te laten excelleren.

 

khadija: Tenslotte: zelf werk ik in het parlement veel rond duaal leren, waar enorm veel potentieel in zit als oplossing tegen schoolmoeheid. Graag wou ik van deze gelegenheid gebruikmaken om ook uw mening, als onderwijskenner, over dit systeem te vragen.

 

Marleen: Duaal leren is zeker een mogelijkheid om leerlingen die schoolmoe zijn of het dreigen te worden, (terug) te motiveren. Om dit op een goede manier te realiseren zou de band tussen onderwijs en bedrijfsleven wel nog strakker moeten aangetrokken worden. Het blijven twee werelden die weinig van elkaar leren en zich gemakkelijk afzetten tegen elkaar. Een lokaal of regionaal overlegplatform met onderwijs én bedrijven (eventueel ook met VDAB of Actiris) dat zich de noden van de streek aantrekt, bespreekbaar maakt en oplost, zou een eerste stap kunnen zijn om een onderwijs te realiseren dat beter is afgestemd op de noden van de bedrijfswereld en van de maatschappij.

 

khadija: Bedankt voor dit interview Marleen, en bedankt voor je werk. Tegen de trend in, bij de start van dit schooljaar, is dit een oproep om GOK te versterken. Zo stel ik voor om de leerplicht te verlagen naar 3 jaar, naar Franstalig voorbeeld ook in het Nederlandstalig onderwijs de schoolvakanties aan te passen. Ook moeten we meer inzetten op duaal leren samen met de werkgevers… een versnelling hoger schakelen qua GOK dus. Ik geef het toe, een liberaal is niet vies van meritocratie en competitie, maar wel op een level playing field, met gelijke onderwijskansen.

 

Wil je nog meer lezen over gelijke onderwijskansen en de opinie van Khadija Zamouri rond dit thema? Klik dan hier.