Nieuws

'Annemie Brusselt' anno 2015




Op donderdag 4 juni 2015 werd Minister van Staat Annemie Neyts in de boemetjes gezet voor haar jarenlange inzet. René Coppens mocht samen met Minister Guy Vanhengel en Volksvertegenwoordiger Els Ampe herinneringen ophalen.

Beste vrienden van ANNEMIE,

Eerst en vooral zou ik willen zeggen dat het voor mij een grote eer is om te mogen zetelen in dit panel.

Mij werd gevraagd wat herinneringen op te halen. Ik zal dan ook proberen heel diep in het geheugen te graven en de klemtoon te leggen op de ongelooflijke en formidabele beginperiode van haar rijke carrière.

Annemie is voor mij een product van ‘de school van Hoste’ en een lichtbaken binnen ons Vlaams-Brusselse progressief liberalisme.

Liberale vrienden,

Ik heb Freddy en Annemie leren kennen begin jaren 1970, kort na de opsplitsing van de unitaire liberale partij in PLP en PVV. Zij behoorden tot de meest actieve leden van ons toenmalig agglomeratiebestuur. Ook daarbuiten was Annemie politiek actief: adjunct-kabinetchef bij de vice-gouverneur, kabinetsmedewerker bij minister Herman Vanderpoorten en ‘leading lady’ van de Liberale Vrouwen.

Uit die tijd herinner ik mij ook nog onze gemeenschappelijke strijd tegen het Egmontpact. Voor onze Kamerleden F. Grootjans, K. Poma en L. De Grève bereidden wij meer dan 100 amendementen voor die met volle moed en met kennis van zaken werden verdedigd in Commissie. Door ons weerwerk werd het in 1977 vlug einde juli – begin augustus … en iedereen snakte naar vakantie. De voorziene plenaire vergadering werd verschoven naar oktober en het vervolg van het verhaal kent U. Tindemans ging naar de Koning en stelde dat de Grondwet geen vodje papier is. Zo leverden wij misschien wel een kleine bijdrage tot de val van de regering.

Annemie was voor het eerst kandidate, als “idealistische plaatsvervangster” op een Kamerlijst getrokken door Gust De Winter en waarop Yvette Bützler een derde plaats, de strijdplaats, kreeg.

Nadat Yvette Bützler op deze plaats een drietal keren naast het net had gevist en zij de politiek voor bekeken hield, werd ik als Voorzitter voor Brussel in het Parlement geconvoceerd door BHV-Voorzitter Miel Janssens en G. De Winter en J. Bascour, lijsttrekkers voor respectievelijk Kamer en Senaat. Zij vroegen mij, wellicht retorisch, in Brussel eens te kijken of er geen vrouwelijke, jonge en intelligente kandidate beschikbaar was. Ik had de indruk dat iedereen onmiddellijk hetzelfde dacht en zo bekleedde Annemie in 1981 de derde plaats, dus strijdplaats, op de Kamerlijst voor het arrondissement BHV. Een arrondissement dat daarna háár arrondissement werd.

De campagne, zeker binnen Brussel, gebeurde zoals steeds met grote inzet, maar met zeer bescheiden middelen. Maar 1981 was een succesjaar voor onze partij. Voor het eerst werden wij in het arrondissement de grootste partij, na jarenlang aan het staartje te hebben gebengeld. En … Annemie werd VOLKSVERTEGENWOORDIGER. Maar … ongezien en onverwacht … de partij wou verjongen en op voorstel van Willy De Clercq – of was het Mevrouw Fernande – werd Annemie STAATSSECRETARIS in de toenmalige nationale regering, bevoegd voor een resem typisch Brusselse aangelegenheden.

Annemie deed het werkelijk schitterend. Vriend en vijand waren het hierover roerend eens. En niet onbelangrijk: ook de media volgden. Vooral in de eerste jaren was Annemie alomtegenwoordig en dit in het gehele arrondissement. Bals en etentjes duurden meestal tot in de vroege uurtjes. Die avonden waren memorabel. Het probleem was echter dat er ’s anderendaags ook moest gewerkt worden. Soms moesten er ook danspasjes worden uitgeprobeerd. Gelukkig was er in die tijd ook nog een persboy met een even groot ritmisch gevoel als dat van Annemie.

Trouwens, over het kabinetsleven uit die eerste periode, over die straffe mannen en madammen van toen, weet onze Brusselse minister uiteraard veel meer te vertellen.

En zo, beste liberale vrienden, waren wij vlug in 1985. De hamvraag was wie nu de Kamerlijst ging trekken. Annemie als uittredend Staatssecretaris of Francis Vermeiren, de populaire burgemeester uit Zaventem. In de praktijk moest hierover het politiek bureau van BHV beslissen. Het weekend voor de stemming hadden Annemie, Freddy, Jacques De Witte en ikzelf bij mij thuis nogmaals de kansen afgewogen. Wij kenden in die periode zowat iedereen en dachten dat Annemie onmogelijk kon verliezen. Helaas, bij de stemming moest Annemie in dit mannenbastion nipt het onderspit delven. Dus Annemie naar de verkiezingen op een tweede plaats. Als vrouw onder de mannen moest zij dus beter doen dan Francis Vermeiren.

En dan, vrienden van Annemie, kwam de welgekende en veelbesproken campagne met het vijfluik:

‘Annemie luistert’

‘Annemie antwoordt’

‘Annemie beslist’

‘Annemie BRUSSELT’

En… ‘ANNEMIE’.


Vijf foto’s waarvan de laatste onvergetelijk werd. Annemie voor de spiegel, bezig met het aanbrengen van make-up. Die campagne stond daarna model voor alle studenten publiciteit.

En ja, Annemie klopte de lijsttrekker en behaalde tienmaal meer stemmen dan in 1981. En bij de volgende verkiezingen verdubbelde haar aantal voorkeurstemmen opnieuw. Dit uiteraard van op de eerste plaats. En ook de campagnes bleven telkenmale van zeer hoog niveau.

In 1985 gingen wij opnieuw deel uitmaken van de regering. Iedereen vroeg zich af welk departement Annemie nu wel ging krijgen. Uiteraard was ik als Brusselse Voorzitter ook zeer benieuwd. Ik ging haar opzoeken in haar bureau en vroeg of er al nieuws was. Toen plots de telefoon rinkelde. Ik wou naar buiten stappen, maar Annemie deed teken om te blijven. Het was Eerste Minister Wilfried Martens, met de mededeling dat zij tot zijn grote spijt geen deel zou uitmaken van zijn nieuwe ploeg, maar haar nog een veel belangrijkere taak te wachten stond: het PARTIJVOORZITTERSCHAP. Annemie pinkte toen een traantje weg.

En van dan af Brusselde Annemie noodgedwongen wat minder, zonder ooit Brussel te vergeten. Maar zij vergat ook nooit de vrienden die samen met haar aan de weg hadden getimmerd.


Mijnheer de moderator,

Ik heb wellicht veel te lang gesproken. Daardoor heb ik uw taak enigszins bemoeilijkt, maar voor mij was het bijzonder aangenaam om in gedachten op die wonderjaren te hebben mogen terugblikken.


René Coppens