Voor Brussels volksvertegenwoordigster Carla Dejonghe (Open Vld) moet Brussels minister van Mobiliteit Pascal Smet snel met Vlaanderen rond de tafel gaan zitten om vooruitgang te boeken met de aanleg van overstapparkings in en rond het Brussels Gewest. Vooral de projecten aan het UZ Brussel en op Parking C zijn broodnodig om een alternatief te bieden voor de groeiende stroom pendelaars die vanuit het Noorden en Noordwesten van Brussel komen.

“We hebben de mobiliteitsstromen ruwweg bekeken op basis van de laatste volkstelling. Er komen dagelijks ongeveer 90.000 pendelaars vanuit Antwerpen, het Noorden van Vlaams-Brabant en Oost-Vlaanderen naar Brussel,” zegt Dejonghe. “Ongeveer 40.000 onder hen doet dat met de wagen. Zij arriveren in Brussel via het Noorden en Noordwesten, maar daar zijn nauwelijks overstapparkings gepland. We moeten vermijden dat die wagens helemaal tot in het centrum doorrijden of op de openbare weg parkeren. De 3000 plaatsen op parking C kunnen een groot verschil maken, net als een uitbreiding aan het UZ Brussel.”

Noord vs Zuid

Minister van Mobiliteit Smet kondigde in 2015 aan 10.000 overstapparkings te zullen creëren, maar de projecten vorderen zeer moeizaam. Het Gewest beschikt ook niet over exacte cijfers om de mobiliteitsstromen te analyseren. Bovendien bevinden de geplande overstapparkings zich, op één na, allemaal aan de Zuidkant van Brussel.

Dejonghe: “We betreuren het dat er geen enkel overleg is met Vlaanderen over overstapparkeerplaatsen in het Noorden van Brussel. De minister van Mobiliteit zou het initiatief moeten nemen om gesprekken op te starten met zijn Vlaamse collega Ben Weyts. Die zal daar ongetwijfeld wel oren naar hebben, want het grote merendeel van de vandaag geplande parkeerplaatsen zal vooral pendelaars uit Wallonië ten goede komen, maar veel minder aan de Vlaamse pendelaars.”

---