Nieuws

Afschaffing buurtwegen in Haren?



    Mondelinge vraag van mevrouw Els Ampe aan minister-president Charles Picqué, belast met Plaatselijke besturen over de afschaffing van een buurtweg door de Stad Brussel.

    In de Brusselse gemeente Haren bouwt de Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij in de Parochiestraat 25 sociale appartementen. Het project zorgde al van bij de start voor heel wat opschudding bij de buurtbewoners. Langs het perceel dat de BGHM momenteel volbouwt, lopen immers twee buurtwegen: het Kleemputpad en buurtweg 34. Door het bouwproject zijn de beide buurtwegen bedreigd. Het gebouw van de BHGM staat aan de achterkant zelfs op het Kleemputpad. Sinds de voorstelling van het bouwproject strijden buurtbewoners voor het behoud van de buurtwegen die door fietsers en voetgangers gebruikt worden.

    Op de Brusselse gemeenteraad van 16 mei 2011 werd er beslist om het  Kleemputpad - post factum - gedeeltelijk af te schaffen en pad 34 te verleggen. Dit terwijl er op dit Kleemputpad al een gebouw werd gezet. Er werd dus eerst gebouwd op het pad, om vervolgens pas te beslissen over de afschaffing ervan. Absurditeit alom dus.

    Buurtwegen en voetwegen zijn openbaar. Iedereen kan ze gebruiken en niemand mag ze afsluiten, ook niet als ze op private eigendom liggen. Voor deze wegen geldt ‘de Wet op de Buurtwegen’ uit 1841. Door het goedkeuren van deze wetgeving, werden alle bestaande wegen in kaart gebracht, wat resulteerde in de Atlassen der Buurtwegen. Nieuwe wegen, het verplaatsen of afschaffen van dit type wegen kan enkel via een speciale procedure. Deze procedure omvat een openbaar onderzoek, een voorstel op de gemeenteraad en een beslissing van het Brussels Gewest.

    De Stad Brussel besliste over de afschaffing zonder een apart openbaar onderzoek te voeren naar de buurtwegen. Buurtbewoners meldden dat er hiervoor niets geafficheerd werd en ze niet geconsulteerd werden.
    Navraag bij de dienst Stedenbouw van de Stad Brussel leverde ook op dat er voor de beide paden geen apart openbaar onderzoek gehouden werd, terwijl artikel 28 van de Wet op de Buurtwegen dit duidelijk voorschrijft. Beide tracés worden aan veranderingen onderworpen zonder de voorgeschreven procedures gevolgd werden. Bovendien is de Stad niet bevoegd om paden af te schaffen.

    De bevoegde schepen zegt dat het Kleemputpad dicht moet omdat het gebruik te gevaarlijk werd door de nabijheid van de spoorweg. Hij verdedigde de beslissing van de Stad door te zeggen dat de afschaffing van het pad al in de procedure voor de bouw van de 25 sociale appartementen zat. In dit document staat evenwel te lezen dat het pad behouden moet blijven (‘le sentier est maintenu’).

    De buurtbewoners willen het hier niet bij laten en denken eraan om naar de Raad van State te trekken.

    Graag wil ik er bij minister-president Picqué, in het kader van het Administratief Toezicht op de gemeenten, op aandringen om de beslissingen in dit dossier te onderzoeken. In Artikel 7 van de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende de regeling van het Administratief Toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat te lezen dat ‘De gemeenten zenden aan de Regering de lijst toe van alle akten van de gemeenteraad, (…), binnen een termijn van twintig dagen nadat ze aangenomen zijn. De lijst omvat een beknopte omschrijving van deze akten.’ Artikel 10 van dezelfde ordonnantie bepaalt dat ‘de regering bij besluit de akte kan vernietigen waarbij een gemeenteoverheid de wet schendt of het algemeen belang schaadt. De vernietigingstermijn bedraagt 40 dagen vanaf de ontvangst van de akte of, in voorkomend geval, vanaf de ontvangst van de akte waarbij de gemeenteoverheid een geschorste akte rechtvaardigt.’ 

    -     Welke stappen heeft het Gewest ondernomen om het toezicht uit te oefenen over de beslissing van de Stad Brussel over het afschaffen en verleggen van de buurtwegen?

    Els Ampe?

    Brussels volksvertegenwoordiger