Les news

Intervention de la chef de groupe Carla Dejonghe sur la nouvelle déclaration du gouvernement




La nouvelle chef de groupe Open Vld au parlement bruxellois, Carla Dejonghe, a pris la parole aujourd'hui lors de la discussion à propos de la déclaration du gouvernement. Elle a exposé sept thèmes, parmi tant d'autres, où le groupe libéral a pu faire la différence. Vous pouvez trouver le discours de Carla Dejonghe ci-dessous:  

Beste collega’s,

Ik ga meteen met de deur in huis vallen.

Er wordt hier en daar de vraag gesteld of we als Open Vld, als liberale partner in deze regering, voldoende op dit regeerakkoord hebben kunnen wegen.

Elk regeerakkoord is een collegiaal en globaal evenwicht tussen de partners. Het is niet de bedoeling om nu op te sommen wat wij hebben bekomen ten koste van anderen. Zo werkt dat niet.

Collegiaal dus. Je onderhandelt. Soms hard. Maar altijd met het besef dat je nadien ook samen dit akkoord loyaal uitwerkt.

Zo gaat dat in Brussel. Zo moet elke partij ook de moed hebben om dit op andere niveaus te doen.

In alle collegialiteit, en zonder het regeerakkoord lijntje per lijntje opnieuw met jullie door te nemen, wil ik hier alvast zeven punten aankaarten die duidelijk maken waarom we dit een goed en belangrijk akkoord vinden.

1.       Het is niet dadelijk het meest sexy thema, maar het is misschien wel het meest essentiële. Als Open Vld in Brussel staan we opnieuw garant voor een begroting in evenwicht.

En niet vanaf vandaag, maar wel al sinds 2000! Jullie zullen wel begrijpen dat ik even van de gelegenheid gebruik wil maken om onze gewezen minister van Financiën & Begroting in de bloemetjes te zetten. Het is een beetje raar om daarvoor achter me te moeten kijken in plaats van naar de ministerbanken:

In onze fractie maakten we er grapjes over dat je in elke euro die het Brussels gewest uitgeeft, de tandafdruk van Guy Vanhengel kan herkennen. Hij lette zeer nauwgezet op de kas, op de inkomsten en de uitgaven. Maar het was eveneens de verzekering dat we niet enkel vandaag, maar ook in de toekomst de nodige middelen hebben om ambitieuze plannen in dit gewest te kunnen financieren.

Guy, bedankt namens Open Vld voor je jarenlange inzet als minister”.

2.       Ten tweede: We zetten met dit akkoord de fiscale hervorming verder.

Los van elkaar bestempelden de professoren Michel Maus van de VUB en Marc Bourgeois van de ULB de afgelopen jaren de Brusselse fiscale hervorming respectievelijk als “het meest moderne stelsel” en “une réforme fiscale géniale”.

Deze regering heeft opnieuw de ambitie om de registratierechten verder te verlagen.

In ons groeiend gewest is het belangrijk om Brussel als thuisstad te promoten bij  jonge gezinnen, alleenstaanden en middenklassegezinnen. De verdere verlaging van de registratierechten vormt dan een belangrijke troef om de aankoop van een eerste woning of appartement door deze doelgroepen te ondersteunen. En we zijn ook blij dat dat in dit regeerakkoord ook gekoppeld wordt aan een 'gecoördineerd city marketingbeleid' dat Brussel niet alleen wil promoten als stad voor korte verblijven, maar ook voor zij die zich er willen vestigen.

Dat is goed, want er is een nieuwe tendens om te komen wonen in de stad. Die nieuwe inwoners van Brussel, dat zijn de belastingbetalers van morgen. Ik benadruk daarbij ook graag dat in Brussel de helft van de gezinnen uit alleenwoners bestaat. Dat is een heel diverse groep: jong en minder jong, weduwnaars, gescheiden mensen, eenoudergezinnen, …  Blijven werken op de verlaging van de registratierechten is een hervorming die single-friendly is.

Maar ook de hervorming van de successierechten is een stap in de goede richting. Natuurlijk om gelijke tred met Vlaanderen te houden en te vermijden dat mensen om die reden ons gewest verlaten. Maar ook bijvoorbeeld om een goede vriend of kennis aan familietarief te laten erven. Zo moderniseren we verder onze fiscaliteit.

3.       Ten derde: We investeren in de stad.

Het zal de collega’s niet verbazen dat ik er één belangrijke investering in het bijzonder uitpik: de metro. De geplande uitbreidingswerken aan het metronet richting Schaarbeek-Evere worden onverkort uitgevoerd.

Deze uitbreiding is dringend nodig voor onze mobiliteit. En dan zowel voor de levenskwaliteit van onze inwoners, als voor een gezond economisch weefsel in het gewest.

Brussel kende de voorbije twee decennia een ongeziene bevolkingsaangroei. Er kwamen 200.000 inwoners bij. Dat is evenveel als in een stad ter grootte van Luik of Gent. Brussel is gelijktijdig goed voor 18% van de Belgische welvaartcreatie. We zijn en blijven de economische motor van onze brede regio tot ver buiten Brussel, van het land zelfs.

Sommigen hebben geprobeerd deze investering in de metro in concurrentie te zien met investeringen in trams, bussen en andere vervoersmodi. Voor ons is dat nooit zo geweest. De uitbreiding van de metro gaat hand in hand met investeringen in het bovengronds vervoer. Het is een valse tegenstelling. De metro moet de ruggengraat zijn van ons vervoersnet waarmee je snel van punt a naar b gaat en daar moeten dan andere vervoersmodi op aansluiten om je naar je uiteindelijke bestemming te brengen: tram, bus, fiets, wagen, deelfiets, step, … Het is een en-en-verhaal, liefst met maar maximaal 1 overstap. Een metro zorgt voor de snelle verbindingen over een lange afstand. Het kan niet dat je meer tijd nodig hebt om van Evere naar Vorst te gaan om te werken, dan om te pendelen uit Mechelen naar Vorst bijvoorbeeld.

Mobiliteit is ook een belangrijke klimaatuitdaging. Deze investeringen zijn daarvoor onontbeerlijk. Willen we de auto terugdringen in de stad, dan hebben we nood aan een snel en comfortabel openbaar vervoer.

Het is een goede zaak dat er verder ingezet zal worden op 'Mobility as a service'. We leggen er in dit parlement al een paar jaar de nadruk op om al die verschillende openbaar vervoersmaatschappijen zo goed mogelijk te integreren. We zijn dan ook tevreden dat daar de komende jaren verder werk van gemaakt zal worden. Ook de aandacht voor een grootstedelijke, metropolitane mobiliteitsaanpak vinden wij terug in dit regeerakkoord. Als je de Brusselse mobiliteitsproblemen deftig wil aanpakken, is dit essentieel!

4.       Ten vierde: Taal is omni-present in Brussel.

We hebben in Brussel een lange geschiedenis van taalconflicten en taalevenwichten. Vandaag zien we in dit akkoord dat onze taaldiversiteit net een troef is.

We gaan een gewestelijk beleid rond meertaligheid voeren. Dat is een primeur, maar het is vooral een enorme economische troef voor ons gewest. Ik geef een voorbeeld. De Actiris campagne “j’apprends le Flamand avec Vincent” was een enorm succes. De vraag naar taallessen nam spectaculair toe.

Onze arbeidsmarkt snakt naar die meertalige Brusselaars. Open Vld heeft al jaren de keuze gemaakt om de verdediging van onze taal op een positieve wijze uit te dragen in Brussel. De groei van het Nederlandstalig onderwijs in Brussel is geen toeval. Het was een bewuste aanpak. En we zien tot wat die aanpak zoal leidt. Gisteren bijvoorbeeld legde mevr. Ben Hamou de eed af als staatssecretaris. Zo ziet u maar tot wat het Nederlandstalig onderwijs in Brussel kan leiden: staatssecretaris worden voor het Franstalig onderwijs...

We hebben met onze inspanningen voor taalonderwijs de stap nu gezet om dit ook samen met onze Franstalige collega's open te trekken naar het gewestelijk beleid. Het is een thema dat Sven Gatz bijzonder ligt. Als bevoegd minister voor Meertaligheid zal hij zich zeker kunnen uitleven.

5.       Ten vijfde is er het steeds terugkomend intern institutioneel debat: de verhouding tussen gewest en gemeenten.

Tijdens de Tour de France werd de werking van het coördinatie- en crisiscentrum van het Brussels Gewest erg mooi in beeld gebracht. Dit is de ingeslagen weg. Dit is de dynamiek waarop ook dit regeerakkoord verder bouwt: één veiligheidsbeleid, eenheid van commando. 

We hebben er ook op aangedrongen, dat er qua verkeersveiligheid een gewestelijke aanpak komt. Meer en betere uitrusting om die veiligheid te garanderen, de inbeslagname van voertuigen van wegpiraten, et cetera.

Maar ook op vlak van sociale huisvesting of inburgeringsbeleid versterken we de gewestelijke coördinatie. Een slagvaardig gewest gaat de algemene leefbaarheid van onze stad alleen maar vooruit helpen.

6.       Punt 6. Geen smartcity zonder 5G:

Het gewest zal constructief meewerken aan de realisatie in Brussel van de 5G. Technologiefederatie Agoria reageerde hier alvast erg hoopvol op. Dit is ook voor ons een belangrijk punt. We rekenen op dat vlak op een collegiale samenwerking. 5G is economisch belangrijk. Er staan in dit regeerakkoord verschillende passages over digitalisering, over smart city en over de manier waarop we lokale bedrijven willen laten 'glocal' gaan. Wat betekent dat ze lokaal ingebed zijn, maar internationaal actief. We moeten daar eerlijk in zijn; dat is een klok die niet meer terug te draaien valt. En dat is ook iets waar Brussel economisch in kan uitblinken. We mogen die boot niet missen en dan speelt 5G daarin uiteraard een rol. Het is ook belangrijk op het vlak van veiligheid en van een moderne stedelijke samenleving. De toepassingen zijn erg tastbaar in het dagelijks leven: denk maar aan mobiliteit, e-commerce, deeleconomie, cultuur, uitgaansleven, e-governement, e-health, …

Ik kan nog lang doorgaan met belangrijke aandachtspunten voor onze fractie, maar ik beperk me tot nog één laatste voorbeeld:

7.       De kinderbijslag

De zesde staatshervorming heeft ons gewest - de gemeenschappelijke gemeenschapscommissie - bevoegd gemaakt voor de kinderbijslag. Dit was een bijzonder ingewikkelde implementering. Het gaat over een gigantisch budget met een enorme impact op onze begroting. Het is dus zeer belangrijk om de budgettaire evolutie ervan zeer nauw op te volgen. Anderzijds is het een bijzonder belangrijk instrument in de strijd tegen kansarmoede en kinderarmoede. Verschillende studies tonen dit aan.

De sociale uitdagingen zijn groot in Brussel. De GGC is na vele jaren eindelijk tot volwassenheid gekomen. Er is ook steeds meer belangstelling voor het beleid van de GGC. En de kinderbijslag is daar een cruciaal element in. We gaan dat goed moeten beheren.

Ik wil de onderhandelaars bedanken. Onze fractie zal het vertrouwen geven aan deze regering en we zullen de komende jaren constructief de uitvoering van onder meer de bovenvermelde aandachtspunten nauwgezet opvolgen, net zoals we dat in het verleden altijd gedaan hebben. Kritisch, maar vanuit de overtuiging dat we samen aan een sterk Brussel bouwen.