René Coppens kwam op 22/04/2016 tussen in het debat over de beleidsovereenkomst betreffende het Stedenfonds. Lees hier zijn tussenkomst.

Ik heb het eerste voortgangsrapport in het kader van de beleidsovereenkomst Stedenfonds 2014-2019 met veel aandacht gelezen, maar in deze korte tussenkomst zal ik mij beperken tot de domeinen cultuur en sport en tot wat zij kunnen bijdragen tot het behalen van de doestellingen die het Stedenfonds voor ogen heeft.

De beleidsovereenkomst Stedenfonds wil vier belangrijke maatschappelijke effecten teweegbrengen: 1) de leefbaarheid in de stad verbeteren, 2) de maatschappelijke integratie van kansengroepen bevorderen, 3) de kennis en het gebruik van het Nederlands stimuleren en 4) de sociale cohesie. Deze maatschappelijke effecten werden omgezet in vijf helder geformuleerde strategische doelstellingen en worden vervolgens geconcretiseerd door middel van duidelijke operationele doelstellingen.

 

De middelen die het Stedenfonds ter beschikking stelt, gaan naar concrete projecten en actiepunten. Dat bewijst wederom dat de VGC dicht bij de mensen staat, met kennis van zaken spreekt en zich bewust is van de noden en tekortkomingen op het terrein, maar daar ook oplossingen voor aangereikt.

En aangezien het Stedenfonds in het leven geroepen is om de zogenaamde dualisering in onze samenleving tegen te gaan, is het vanzelfsprekend dat de middelen prioritair worden ingezet voor initiatieven gericht op kansengroepen.

 

Collega’s,

In de eerste plaats doet het mij plezier dat het aanmoedigen van de kennis en het gebruik van het Nederlands zo prominent aan bod komt in de beleidsovereenkomst en het voortgangsrapport. Het betreft dan ook terecht één van de vier maatschappelijke effecten die het Stedenfonds beoogt.

 

Onderzoek heeft al meermaals uitgewezen dat steeds meer Brusselaars Nederlands spreken en gebruikmaken van onze Nederlandstalige voorzieningen.

Nergens anders ter wereld zijn er zoveel anderstaligen die interesse hebben in onze Nederlandse taal. Daar moeten we bestendig en pertinent op blijven inzetten. Het Nederlandstalige karakter van onze diensten en voorzieningen is een kwaliteitsmerk dat we moeten blijven promoten.

 

Zoals de nota stipuleert, kan het Nederlands niet alleen op een directe, maar ook op een indirecte manier aangeleerd worden. Taalverwerving gebeurt immers ook impliciet via sport, jeugdwerking en culturele manifestaties. Dat rechtvaardigt wederom het belang dat we aan elk van die domeinen moeten hechten.

 

Collega’s,

Eén van de operationele doelstellingen in verband met de opwaartse sociale mobiliteit en emancipatie van kansengroepen is het stimuleren van de culturele participatie en het bevorderen van de culturele diversiteit in het Brusselse sociaal-culturele en cultureel-artistieke werkveld. Uit het voortgangsrapport blijkt dat de VGC er in 2015 in geslaagd is om beide doelstellingen te realiseren.

 

Dat de VGC meer kwetsbare groepen heeft weten te bereiken voor participatie aan culturele manifestaties - hetzij als publiek, deelnemer of vrijwilliger - is uiteraard een goede zaak. Het verhoogt de maatschappelijke betrokkenheid van kwetsbare groepen, draagt bij aan gemeenschapsvorming en bevordert het samenleven en de kennis van het Nederlands.

 

Op het vlak van sport voorziet de beleidsovereenkomst Stedenfonds een specifiek sportaanbod voor kansengroepen. De vzw Buurtsport Brussel heeft de laatste jaren met bijzonder veel succes buurtsportinitiatieven ontwikkeld die voornamelijk gericht waren op kwetsbare jongeren en warm worden onthaald.

                                                          

Het belang van sport staat uiteraard buiten kijf, zeker in dit verhaal. Sport bevordert sociale integratie, vergroot het zelfbewustzijn en leert mensen omgaan met winst en verlies. Sport maakt burgers sterker, in alle betekenissen van het woord.

 

Daarnaast heeft de VGC de laatste jaren al verschillende initiatieven genomen om de doorstroom van kansengroepen naar het reguliere sportaanbod te bevorderen. Dat gebeurde aan de hand van gerichte communicatie, ook via intermediairen, maar ook door middel van financiële tegemoetkomingen en persoonlijke begeleiding. Ondanks alle drempelverlagende inspanningen die de VGC tot nu toe heeft geleverd, moeten we echter vaststellen dat de kansengroepen hun weg naar dat reguliere en sociaal gemengde sportaanbod nog niet hebben gevonden. Op dat vlak is er dus nog veel werk aan de winkel, maar ik ben ervan overtuigd dat het bevoegde Collegelid daar de nodige acties voor zal ondernemen.

 

Beste collega’s,

Ik wil de opstellers van het voortgangsrapport feliciteren met hun werk en wens het Collegelid veel succes met de verdere uitvoering van de beleidsovereenkomst.

 

---